bestaande in (...) zilverwerk (...) porseleinen, gelakt en geslepen glaswerk, superbe fijne lijnwaden (...) mahonie, gladhouten en geschilderde meubelen (...) en eene collectie welgeconditionneerde boeken (...). De schilderijen zijn beschreven in eene afzonderlijke notitie. Alles en alleenlijk nagelaten bij wijlen door (...) Jacobus Roelofs. Al hetwelk verkocht zal worden op dingsdag den 27sten october 1846 en volgende dagen (...). Amst., printed by Ipenbuur en Van Seldam for G.H. Matthes etc., (1846), 2 parts in 1 vol., (2),44,((2); 23,(1) p., orig. clothbacked boards with mounted title-p.
Interleaved copy, with the results and buyers in manuscript. Almost certainly one of the copies of the auctioneers themselves, with tax-stamps at the beginning of both parts, but also with annotations in pen at the end: "Aan Gijzelman [one of the "Makelaars"] gevr. na No. 8 v. de boeken bij de prenten ook niet gevonden". This particular lot is described as having loose plates, that apparently went missing. On the final free endpaper, a calculation of the total amount of the items is written down: 5852,92 gulden. The book-section lists 101 lots, the paintings-section (auctioned 29 october 1846) comprises 94 pieces (incl. works by Barbiers, Berchem, Dreibholtz, Van Gooijen, De Heem, Koekkoek, Miereveld, Saftleven and Weenix) and 16 lots of drawings and prints.
|
[455] [456] [457] [458] [459] 
